De overheid van Sri Lanka houdt niet van ons. Dat laat zij
duidelijk merken. Wij zijn niet welkom, zijn pottenkijkers, ons werk is gedaan
nu de oorlog is afgelopen en we zijn niet meer dan luizen in de pels. En dus
duurt de procedure voor een visum bijna 5 maanden. De expats voor de
‘ontmijningorganistaties’ hebben een visum binnen 2 weken. Zij zijn duidelijk
wel welkom. Voor ons legt deze
frustrerende papiermolen een bom onder de continuïteit van zorg voor onze orthopedische
patiënten.
De nieuwe anesthesist is er nog niet en dokter Tim, de
anesthesist met een Schotse tint, ligt op een strand aan de oostkust van
Australië. En dus moest dokter Masaji wederom zijn operatieprogramma
veranderen, want zonder anesthesist geen grote ingrepen. En dat is voor een man
die zich ergens in het autistische spectrum bevindt bepaald geen grapje.
Maar Masaji is niet voor één gat te vangen en heeft het programma volgestopt met patiënten die aan hun arm of hand moeten worden geopereerd. Dat kan
hij namelijk doen onder lokale verdoving. Zegt hij. En dus bespreken Michael –
de operatie-assistent uit Amerika – en ik de avond voor de eerste operatie,
gebogen over een spel backgammon, de mogelijke problemen. Michael zal morgen
namelijk de ‘interim-anesthesist’ zijn terwijl Masaji de elleboog van een
17 jarige jongen van binnen wil gaan bekijken.
“The worst thing that could happen”, zegt Michael nadat hij een tijdje naar het bord
heeft gestaard, “is if Masaji cuts the brachial artery.”
Tja, daar ben ik het wel mee eens. De zenuw zou ook vrij
vervelend zijn maar dat zal tijdens de operatie zelf geen directe stress voor
Michael opleveren. Het doornemen van de slagader daarentegen!
“But we always have a tourniquet to control any bleeding”,
zeg ik en daar is Michael het dan weer mee eens. En zo stellen wij elkaar
gerust, en nadat Michael backgammon les heeft gekregen gaan we beiden met een
gerust hart naar bed.
Voordat ik mijn kapje opzet om de OK binnen te gaan, grijpt
Michael me bij de arm. Of ik een idee heb hoe lang de operatie gaat duren? In
mijn hoofd maak ik een schatting. De ellepijp en spaakbeen zijn net voorbij de
elleboog met elkaar vergroeid dus dat moeten we losmaken. Dan een spier
ertussen plaatsen om te zorgen dat het niet weer aan elkaar gaat vastgroeien en
dan sluiten. Normaal misschien een uur, maar Masaji neemt altijd zijn tijd.
“One hour
and a half. Roughly”, zeg ik tegen Michael.
“Okidoki!”, en hij stapt de OK in.
Ik volg hem en de jongen ligt al op tafel. Hij kijkt mij aan
want hij heeft zijn hoofd helemaal naar links gedraaid terwijl Masaji zijn
rechter hals betast. En nog geen seconde nadat Masaji “now stay still” heeft
gemompeld, verdwijnt er een lange naald in zijn geheel in de nek van de nietsvermoedende
jongen, niet lang daarna gevolgd door een schok van zijn rechter arm. Masaji
injecteert hierop rustig de gehele spuit in de hals van de jongen.
“You feel
numbness light side?”, vraagt Masaji.
Via de vertaler komt het antwoord van de jongen ons ten ore.
“Yes sir. He
has pain in the neck!”. Dit is mij voor het signaal om te gaan wassen.
Voordat Masaji begint, plaatst hij nog een infuus in de
rechter arm en nadat het tourniquet is opgeblazen, injecteert Masaji lokale verdovingsvloeistof
in de arm. Nu kunnen we echt beginnen. We zijn een eind onderweg en liggen goed op schema. De
elleboog is geopend en met de zaag is Masaji bezig de onnatuurlijke verbinding
tussen ellepijp en spaakbeen (waardoor de jongen zijn dominante rechter hand
niet kan draaien) door te zagen. Maar Masaji is niet tevreden. Hij wil beter
zicht en aan het licht ligt het niet. Hij draait de arm om en maakt een incisie
in de elleboogsplooi. Hij gaat de verbinding van voren benaderen.
De voorste elleboogsplooi is druk. Er lopen hier een hoop
structuren kriskras door elkaar heen en veel ruimte om te manoeuvreren is er
niet. Het is zogezegd geen plek waar je in de problemen wil komen. Masaji werkt
rustig en zorgvuldig, maar dan knipt het schaartje net iets te ver en spuit het
bloed in ons beeld. Dat was ons eerder overkomen en wederom stopt Masaji zijn
vinger op de bloeding. Langzaam haalt hij zijn vinger weg en kijkt eronder. Een
diepe zucht volgt. Hij zet een klemmetje op het vat en kijkt nog eens.
“Oh no”, mompelt hij, “the blachial altely….”, en als hij
een tweede klemmetje heeft geplaatst kan hij de schade pas echt goed bekijken.
“Oh no”, mompelt hij, “just befole the bifulcation….”,
gevolgd door een paar Japanse woordjes.
Masaji heeft de slagader geraakt, net voordat hij zich als
een vork in tweeën splitst.
“Tourniquet time is now 2 hours”, deelt de verpleegkundige
ons mee en dat betekent dat het de hoogste tijd is om het tourniquet te
ontspannen. Maar dat kan nu even niet. Dan zit het bloed op het plafond.
“How long toulniquet?”, vraagt Masaji en als de
verpleegkundige het nog eens heeft herhaald, antwoordt Masaji.
“Oh no!”, gevolgd door veruit de langste uitademing die ik
ooit gehoord heb.
Het stramien herhaalt zich. Masaji loopt naar zijn tas,
krijgt zijn loep opgezet, vraagt voor zijn speciale instrumenten en hechtingen
en op dat moment komt Michael binnen lopen. Achteraf zei hij dat het eerste wat
hem opviel de met bloed doordrenkte doek onder de arm van de jongen was.
“Everything ok? “, vraagt hij quasi-nonchalant aan mij maar zijn
ogen staren naar het bloed.
“We are
about to repair the brachial artery”, zeg ik.
“It happens”, zegt Michael maar zijn ogen priemen zich op de
monitor en zenuwachtig klikt hij met zijn pen.
Omdat het tourniquet al zo lang is opgeblazen, moet Masaji
het piepkleine, maar essentiële buisje met het mes op de keel repareren. Dat
doet hij. Met perfecte precisie. En als het tourniquet wordt ontspannen is de
verbinding droog. We gaan verder. Maar als we de elleboog volledig hebben gemobiliseerd en de spier
tussen de twee botdelen hebben gehecht, trekt de monitor onze aandacht. Michael
kijkt onrustig over onze schouders. Hij
kijkt naar de patiënt, die rustig op tafel ligt.
“Can you ask him how he feels”, vraagt hij aan de vertaler.
De jongen geeft een lang antwoord.
“He feels ok”, deelt de vertaler ons mede.
“But then
why is his heart rate so high? “, vraagt Michael zich af.
Ik vind 130 slagen per minuut voor een 17 jarige jongen die
op zijn rug ligt ook wat hoog.
“You guys
have any bleeding down there again?”. Hij kan de irritatie in zijn stem nauwelijks
verbergen.
“Dry as the desert here, Mike”, zeg ik, maar ik wordt
afgeleid omdat het laken begint te bewegen. De jongen schopt met de benen.
“Is he OK?”, vraagt Michael opnieuw.
“Yes sir. He is okay”, zegt de vertaler.
“Then why
is he moving his legs?”, vraagt Michael.
“Because
Sir, he say he need to go to toilet”, zegt de vertaler.
Dat is lastig maar wel goed te begrijpen. Hij ligt immers al
bijna 6 uur op de smalle, te harde tafel. Maar als hij nu een hartslag van 130
per minuut heeft, dan is er niet heel veel tijd meer over voordat het gehele
steriele veld, naast bloed, ook doordrenkt zal raken met urine. En dus wordt er
gerend, door Michael, naar de zaal, om een urinaal te halen.
Als Michael terug komt, gaan de steriele doeken omhoog en de
urinaal tussen de benen.
“What is going on?”, vraagt Masaji, nog steeds verdiept in
de bewegingen in de elleboog.
“The guy
needed to pee Masaji”, zegt Michael.
“Oh yes”,
mompelt Masaji. “To pee….. ”,
gevolgd door wat Japanse woordjes.